27 May 2008

Groene tanden

Rode meren, oranje bergen, witte vlakten, roze flamingo's en een rode neus van de kou. Hoe hoger, hoe kouder. De chauffeur en zijn vrouw propten steeds meer coca-bladeren in hun wang. Om ons risico op hoogteziekte te verkleinen, propten we gezellig mee. Drie kwartier laten inweken en dan vrolijk knabbelen. Je tanden worden er in ieder geval prachtig van. Op deze hoogte zijn kale vlaktes, zand, rotsen met het typische mos kenmerkend voor deze hoogte en een constante gure wind. Het hoogste punt ligt boven de 5000 meter.
Aan het einde van de dag kwamen we aan bij een betonnen schuur........met betonnen bedden. In een gehuurde slaapzak de koude spaghetti opgepeuzeld en met een warme coca-thee naar bed. Mijn hele bed vol kruiken gelegd en uiteindelijk zoveel beesten aangetrokken dat ik lag te woelen van de hitte en de hele nacht bezig was laag voor laag af te pellen.
Om 4 uur in de ochtend kwam onze chauffeur met veel kabaal onze kamer in....'Vamos chicos!' In het licht van de zaklamp zag ik de thermometer een schamele 1 graad aangeven. Een kleine twijfel....Buiten was het pikkedonker en -20 graden (verder gaat mijn thermometer niet). De sterrenhemel was indrukwekkend! Niet her en der wat sterren die door het wolkendek verschijnen, maar volledig omringd door heldere sterren. De geysers in de buurt spoten met geweld het stoom naar buiten.

Verkleumd in de jeep, in het donker, in de stilte, de koude wind die door de gaten in de jeep in je gezicht blaast.....Bij zonsopgang kwamen we bij een meer met thermale baden. Sommigen doken erin om op te warmen, maar onder de 20 graden krijg je mij niet in een bikini. Dan maar springend over het ijs om het gevoel in je tenen weer terug te krijgen. Zelfs mijn twee paar alpaca sokken konden niet verhinderen dat ik mijn tenen niet meer voelde......Mijn jeepgenoten gingen terug naar Uyuni, ik kreeg een lift naar Chili. Spullen overgeladen in een andere jeep en door iedereen uitgezwaaid. We waren net uit zicht, toen de motor stopte. Prrt, prrt, prrt.....stilte.
De chauffeur gooide zijn, met plakband aan elkaar geplakte portier, open en keek moedeloos naar de motorkap. Duidelijk niet zijn specialiteit. Hij tuurde om zich heen, maar je staat toch echt in de woestijn. Wachten op een voorbijganger dan maar. Een vos kwam voorbij gehold en keek even verbaasd als wij.
Na een kwartier verscheen een andere jeep aan de horizon. Onze auto werd aangeslingerd en we reden verder. Vijf minuten lang. Prrt, prrt.......en we stonden stil. Dit gebeurde nog een aantal keer. Met letterlijke horten en stoten arriveerden we eindelijk tot aan de grens met Chili.

22 May 2008

Rook op de zoutvlakte

Uyuni bestaat uit zand, klei, gure wind, een geweldige pizzeria en schandalig veel touroperators. Allen verkopen de tour van 3-4 dagen door de zoutvlakte van Bolivia. Er zitten veel slechte operators tussen, maar het is moeilijk om er enigszins wegwijs te geraken. Met een grote grijns vertellen ze uiteraard allemaal dat ze de beste tour hebben.......maar reizigers vertellen tegenstrijdige verhalen. Uiteindelijk heb ik er een uitgezocht. Met het geld in de hand stond ik voor de deur, maar de agency bleek gesloten te zijn. Geen zin om te wachten en bij de buurman binnen gestapt. Een vijftal Israeli's waren me voor....er was nog 1 plaats over in hun jeep. Grote vraagtekens, maar ze overtuigden me met veel enthousiasme.
In de winkel alles wat harig was aangeschaft. Zelfs de trotse bezitter van een legging en beenwarmers. Kou is natuurlijk helemaal mijn ding. Dat weet iedereen. Veel mensen hebben me bang gemaakt door me te vertellen dat ze het nog nooit zo koud hebben gehad in hun leven. Op de dag van vertrek was ik, gehuld in een twintigtal alpaca´s, klaar voor de barre tocht.

De zoutvlakte ligt op zo'n 4000 meter hoogte.....met niets, alleen maar zout om je heen. Een aantal families werkt op de vlakte en verzamelt het zout in hopen. De oneindige vlakte staat bekend om het maken van creatieve foto's, dus daar lagen we, op het scherpe zout, de foto's uit te meten.
Ineens gebaarde onze chauffeur dat we per direct moesten vertrekken. NU! Hij scheurde weg. Aan de horizon zagen we zwarte rookpluimen. Hij vertelde ons dat twee jeeps waren gecrasht. Hierdoor waren beide ontploft. Vrijwel niemand had het overleefd. Het enthousiaste gelach verstomde in de jeep en werd al snel verdrongen door een stil gepeins na het zien van de twee brandende jeeps. Onwerkelijk dat 2 jeeps op deze immense zoutvlakte kunnen crashen. Later bleek 1 van de chauffeurs dronken te zijn geweest. Ik werd nog stiller toen ik hoorde welke agency het was...inderdaad degene waar ik wilde boeken. De tocht was geweldig, maar dit heeft ons veel beziggehouden. We waren die morgen met z'n allen vertrokken vanuit Uyuni........veel toeristen waren er niet, dus wie zat erin? In stilte verder met de tocht. Via een 'eiland' middenin de zoutvlakte met enorme cactussen (rond de 8 meter) naar het eerste hotel. Een zouthotel waar dan ook echt alles van zout is gemaakt....naast de muren en de vloer waren ook de bedden, stoelen en tafels van zout.

De vrouw van de chauffeur en hun 1-jarig zoontje waren meegekomen op de tocht. Zijn vrouw kookte het eten onderweg, het kind zorgde voor de muzikale begeleiding. Buiten in de ijzige kou stond zijn vrouw, met kind op haar rug, op een gaspitje te koken en steeds kreeg ze het voor elkaar een geweldige maaltijd voor te schotelen.

15 May 2008

Vingerpoppetjes

Via een drijvend dorp kennis gemaakt met het Titicacameer, het hoogst bevaarbare meer ter wereld (ruim 3800 m). Dit volk, de Uros, hebben van het vele riet in het meer, drijvende eilanden gemaakt. Dit was de manier om zich te beschermen tegen de aggressieve andere stammen in de regio. Bijzonder om te zien, maar iets te toeristisch.
Vanuit Peru langs het Titicacameer naar Bolivia. Honderd meter voor de grens trapte de buschauffeur op de rem. De tassen werden op bakfietsen geladen en langzaam de berg opgeduwd door het oudste vrouwtje van het dorp, richting de poort van Bolivia. In de tussentijd gingen wij de grenskantoortjes langs om stempels te verzamelen en teveel papieren in te vullen.
In Copacabana, een dorp aan het meer, is de keuze tussen slapen voor 2 euro in een muffe slaapzaal of voor 4 euro in een echt hotel met uitzicht over zee is te snel gemaakt. Even niet sociaal doen. Na 1,5 maand in stapelbedden is het tijd voor wat luxe. Optimaal genieten en in plaats van uren buiten het hostel rond te hangen, spring ik om 8 uur al in mijn bed. Moet wel wat dode rupsjes uit mijn, in het gras gedroogde, handdoeken peuteren, maar dat heb ik er graag voor over.
Helaas verloopt het begin van Bolivia anders dan gepland en kan ik nog extra genieten van mijn goede hotelbed.....de overheerlijke forel van een dag geleden is niet helemaal goed gevallen. Vol lof prees ik de kok, maar middenin de nacht vervloekte ik hem. Ondanks dat vind ik nog altijd dat het de beste forel is die ik ooit heb gegeten.
Ik blijk de enige gast in het hotel....heel apart. Lange, lege donkere gangen. Men is heel aardig, maar er is een curfew om 11 uur in de avond. De deur gaat dicht, de lichten gaan uit en de familie vertrekt. Erg veilig voel ik me niet alleen in het gebouw, vooral niet als middenin de nacht ineens de tv aanspringt. Zodra ik niet meer wankel op mijn benen, pak ik snel de bus naar La Paz. Een Boliviaanse vrouw komt met haar hele marktkraam naast me zitten en drukt me van mijn stoel. Zuchtend moet ik wederom constateren dat ik het altijd voor elkaar krijg de breedste passagier naast me te krijgen. Starend, met haar bolhoedje en mond vol lokale popcorn, bekijkt ze me de hele reis van top tot teen. Halverwege de tocht kan ik even luchten op de ferry en neem daarna weer glimlachend plaats naast mijn nieuwe aanbidster. La Paz is top! Alles is te koop! De straten zijn gevuld met kleding, tassen, gehandwerkte doeken en vreemde vingerpoppetjes. Een bijzondere witch-market in het centrum waar ze gedroogde lama-embryo´s verkopen. Brrrr. Niet echt het souvenirtje waar ik aan zat te denken.
Ook La Paz is hoog.....hijgend een paar dagen lang de steile wegen met kinderkopjes opgeklauterd. Naar Sucre, een mooi wit stadje, waar ik met een paar bekenden van de Chileense boot heb afgesproken. Samen struinen we de zondagmarkt in een dorp in de buurt af. Heerlijk verse vleeswaren in de felle zon en bergen met fruit. Met de bus naar Potosi welke op 4100 meter hoogte de hoogste stad ter wereld is. De bergen rond de stad zitten propvol goud, zilver, zink en andere mineralen. In de koloniale tijd was dit één van de meest schitterende parels aan de Spaanse kroon. De Spanjaarden hebben zoveel zilver uit de bergen gehaald dat ze er een brug van kunnen maken van Bolivia naar Spanje. Triest genoeg zijn er 8 miljoen slaven gesneuveld tijdens de werkzaamheden.
In deze stad zijn vele actieve mijnen welke je kunt bezoeken. Nu zijn alle stoere mannen die ik ken daar vrijwel met paniekaanvallen uitgetrokken, waardoor ik het maar over heb geslagen. De foto´s en verhalen zeiden genoeg. Enorm heftig deze tocht in 45 graden Celsius, vol stinkende dampen, donkere smalle gangen waar je op je buik doorheen moet kruipen (zie film 'The Devil's Miner'). Als toegift kun je dynamiet kopen voor de mijners welke ze laten ontploffen in je bijzijn. Sowieso had ik letterlijk en figuurlijk niet het meest warme welkom met Potosi, dus wist niet hoe snel ik daar weer weg moest.