Zomaar een nacht
Ik heb nachtdienst. Rond negen uur stap ik de SEH binnen en kan meteen aan de slag. Een co-assistent, een arts en een aantal zusters zijn bezig met een reanimatie. Er zijn geen infuusstandaarden meer en ik word ingezet als standaard. Hectiek. De co raakt in paniek, de arts duwt haar weg en neemt over. Een voor een worden de zusters weggeroepen. Er zijn veel patiënten. Ik blijf achter en koppel steeds nieuwe infusen aan en probeer de arts zo goed mogelijk te assisteren. Zenuwachtig. Het is mijn eerste keer, maar het is nu of nooit. Het zweet parelt op ons voorhoofd……We lijken succes te hebben, maar we rekken het onvermijdelijke maar een paar uur. We gaan de nacht in.
Tranen in mijn ogen bij het arriveren van een ambulance. Een jongen van 22 met schotwonden. Overvallen. Stabiliseren en met de brancard naar de röntgen. Een jonge chirurg bekijkt de foto’s. ‘Shit’ mompelt hij. Dat is ook het enige wat ik kan denken. Die ene kogel is precies door zijn ruggenmerg gegaan waardoor hij verlamd zal zijn.
Terug naar de afdeling. Het is te laat, morgen kijken ze verder. De jongen kermt van de pijn. Mijn naam heeft hij onthouden en huilend roept hij de hele nacht mijn naam. Ik krimp ineen als hij me vraagt waarom hij zijn benen niet meer voelt. Zelf denkt hij dat hij door een verdovingspistool is geschoten, maar ik weet beter en mag en kan het hem niet zeggen. Reddeloos zit zijn vader in de wachtkamer en hij wordt keer op keer weggestuurd. Keer op keer laat ik de man weer bij zijn zoon. De jongen smeekt me wat voor hem te doen. Ik voel me radeloos en machteloos. Ik beloof hem te doen wat ik kan. De hele nacht dep ik zijn voorhoofd en praat ik met hem. Hij zegt dat ze hem zo toch niet de hele nacht kunnen laten liggen. Ik ontwijk zijn blik en denk bij mezelf ‘dat kan wel.‘
Een rustig uurtje tussendoor. Knikkebollend zit ik op een stoel. Vanuit het niets stroomt de SEH ineens weer vol…….de weinige bedden zijn bezet. Zieke mensen moeten op een stoel of op de grond. Nog 6 uur te gaan…..
Een oude man klampt me aan. Hij heeft pijn op de borst. In opdracht van de arts draai ik een ECG. Hartafwijking. Ik leg hem aan de bewakingsapparatuur. Ik vraag de zusters me te helpen het alarm in te schakelen, zodat we horen als er wat mis is. Gerust loop ik weg. Als ik later bij hem ga kijken, zie ik een horizontale streep. Het alarm werkt niet. In paniek pak ik hem vast en zie zijn hartslag weer opkomen…..Hij opent zijn ogen en kijkt me verward aan. Hij voelt zijn wegrakingen aankomen en zegt dan heel rustig ‘ik ga weer even naar de duisternis’. De man raakt me. De rust en het vertrouwen in zijn ogen. Ik neem bloed bij hem af en breng het naar het lab. Cito. De deur is op slot en ik moet mijn best doen de mensen van het lab wakker te bonken. SPOED!!! Ooit van gehoord?
Samen met een van de zusters ben ik de hele nacht bezig, terwijl de anderen de een na de andere opdracht op ons afvuren vanuit hun slaapstoel. Ik vraag de arts of we deze twee patiënten niet moeten verplaatsen naar IC. Ze overweegt het. Een paar uur later is er nog niets gebeurd. Iedereen slaapt, inclusief mijn collega’s.
Een voor een komen de collega's van de dagdienst binnen geschuifeld. Mijn dienst zit erop. Ik neem afscheid van de jongen en de oude man. Ik druk mijn collega’s op het hart goed voor hen te zorgen. Ze knikken.
Ik pak de bus naar huis. De hele weg denk ik aan de jongen en de oude man. Het was een extreme nacht. De diensten kunnen rustig zijn, maar ook zwaar als deze.
Thuis duik ik in mijn bed, maar sta na een uur weer op. Ik word gefrituurd. Mijn houten kamer met de gele luikjes is schattig, maar bloedheet. De ventilator verplaatst alleen het stof en de hitte. Ik probeer de hangmat op het balkon, maar ook daar lukt het niet. Gefrustreerd hobbel ik naar Torarica, een duur hotel in de buurt. Onverstoorbaar loop ik langs de receptie, duik in het bad om vervolgens illegaal op een houten strandstoel te kruipen. Het is voor een goed doel. Ik val in slaap......Vannacht weer een nacht.
Tranen in mijn ogen bij het arriveren van een ambulance. Een jongen van 22 met schotwonden. Overvallen. Stabiliseren en met de brancard naar de röntgen. Een jonge chirurg bekijkt de foto’s. ‘Shit’ mompelt hij. Dat is ook het enige wat ik kan denken. Die ene kogel is precies door zijn ruggenmerg gegaan waardoor hij verlamd zal zijn.
Terug naar de afdeling. Het is te laat, morgen kijken ze verder. De jongen kermt van de pijn. Mijn naam heeft hij onthouden en huilend roept hij de hele nacht mijn naam. Ik krimp ineen als hij me vraagt waarom hij zijn benen niet meer voelt. Zelf denkt hij dat hij door een verdovingspistool is geschoten, maar ik weet beter en mag en kan het hem niet zeggen. Reddeloos zit zijn vader in de wachtkamer en hij wordt keer op keer weggestuurd. Keer op keer laat ik de man weer bij zijn zoon. De jongen smeekt me wat voor hem te doen. Ik voel me radeloos en machteloos. Ik beloof hem te doen wat ik kan. De hele nacht dep ik zijn voorhoofd en praat ik met hem. Hij zegt dat ze hem zo toch niet de hele nacht kunnen laten liggen. Ik ontwijk zijn blik en denk bij mezelf ‘dat kan wel.‘
Een rustig uurtje tussendoor. Knikkebollend zit ik op een stoel. Vanuit het niets stroomt de SEH ineens weer vol…….de weinige bedden zijn bezet. Zieke mensen moeten op een stoel of op de grond. Nog 6 uur te gaan…..
Een oude man klampt me aan. Hij heeft pijn op de borst. In opdracht van de arts draai ik een ECG. Hartafwijking. Ik leg hem aan de bewakingsapparatuur. Ik vraag de zusters me te helpen het alarm in te schakelen, zodat we horen als er wat mis is. Gerust loop ik weg. Als ik later bij hem ga kijken, zie ik een horizontale streep. Het alarm werkt niet. In paniek pak ik hem vast en zie zijn hartslag weer opkomen…..Hij opent zijn ogen en kijkt me verward aan. Hij voelt zijn wegrakingen aankomen en zegt dan heel rustig ‘ik ga weer even naar de duisternis’. De man raakt me. De rust en het vertrouwen in zijn ogen. Ik neem bloed bij hem af en breng het naar het lab. Cito. De deur is op slot en ik moet mijn best doen de mensen van het lab wakker te bonken. SPOED!!! Ooit van gehoord?
Samen met een van de zusters ben ik de hele nacht bezig, terwijl de anderen de een na de andere opdracht op ons afvuren vanuit hun slaapstoel. Ik vraag de arts of we deze twee patiënten niet moeten verplaatsen naar IC. Ze overweegt het. Een paar uur later is er nog niets gebeurd. Iedereen slaapt, inclusief mijn collega’s.
Een voor een komen de collega's van de dagdienst binnen geschuifeld. Mijn dienst zit erop. Ik neem afscheid van de jongen en de oude man. Ik druk mijn collega’s op het hart goed voor hen te zorgen. Ze knikken.
Ik pak de bus naar huis. De hele weg denk ik aan de jongen en de oude man. Het was een extreme nacht. De diensten kunnen rustig zijn, maar ook zwaar als deze.
Thuis duik ik in mijn bed, maar sta na een uur weer op. Ik word gefrituurd. Mijn houten kamer met de gele luikjes is schattig, maar bloedheet. De ventilator verplaatst alleen het stof en de hitte. Ik probeer de hangmat op het balkon, maar ook daar lukt het niet. Gefrustreerd hobbel ik naar Torarica, een duur hotel in de buurt. Onverstoorbaar loop ik langs de receptie, duik in het bad om vervolgens illegaal op een houten strandstoel te kruipen. Het is voor een goed doel. Ik val in slaap......Vannacht weer een nacht.
13 Comments:
Heftige nacht!!
Lijkt mij moeilijk om je patienten over te dragen. Vooral als je weet hoe men soms met patienten omgaat. Moeilijk, maar je kunt niet meer doen dan je nu al doet.
Ik wens je alle goeds,
Anja
"There are no great things, only small things with great love. Happy are those."
-Mother Theresa
Ik kom je gauw een dikke knuffel geven! Die heb je meer dan verdiend!!!
Wat mogen ze daar in Suri blij met je zijn!
Laat je horen hoe het met deze mensen afloopt?
Hele dikke kus! en hou je haaks!
He Florence Nightingale,
ongelooflijk hou je het allemaal kan. Ik zou bij de eerste schotwond al wit onder tafel liggen. Je doet het super, ben echt heel trots op je!! Probeer af en toe ook nog even aan je eigen gezondheid te denken he?
Heel veel sterkte daar, tot skypes enzo
Kuskus
Boska
Hi meiske,
woei heftige nacht achter de rug, je schrijven raakt me, alsof ik er zelf bij sta en over je schouder mee kijk. Hou je haaks en ik ben trots op je
liefs Bart
Hi San,
Zware nachten op de SEH-afdeling en van je collega's moet je het dus niet hebben.
Hopelijk kun je alle gebeurtenissen van je afzetten, als je het ziekenhuis uitloopt.
Wel heel dankbaar werk.
Groetjes,
Papa
Ha Suus,
Heftig hoor, knap om je zo staande te kunnen houden. Mooi om te lezen ook. Ik krijg soms heimwee van die verhalen;) Doe je best en kusjes Niek
Heej Suuz,
ik sluit me echt helemaal bij Bart aan. Echt zo heftig, zit ik me hier net ff kwaad te maken om iets kleins. Meteen niet meer belangrijk! Het maakt indruk Suuz,
Kusxx
Hallo,
Inderdaad dit is moeilijk voor te stellen allemaal. En dat in suriname. Was het niet beter geweest dat suriname een provincie was geworden zoals Fryslân, met iets meer zelfstandigheid dat wel.
In ieder geval de raad van je vader moet je van harte nemen, afstand houden en het 'ziekenhuis' niet mee naar huis nemen. Wat hebben we het hier thuis toch goed.
O... wilde 'bloggen' maar heb perongelijk een mail gestuurd.
Anyways: Wow!
xx lief, take care.
Zet hem op suus! lontje van jou is eindeloos! Als je ooit hiermee klaar bent, ga je gewoon een boek schrijven. Je schrijfwijze is zo geloofwaardig, alsof ik er midden in zit. Hou je haaks en zet hem op "strijder in de rimboe"
harold-anja-janne-mees
Sjeessss
Wat een verhaal... nu snap ik wat je bedoelde toen we samen in op Botopasi zaten.
Ben heel benieuwd naar de andere verhalen.
Hou je taai en wanneer jij dooorgaat volgt waarschijnlijk de rest in positieve zin.
Liefs Marielle
Sjeessss
Wat een verhaal... nu snap ik wat je bedoelde toen we samen in op Botopasi zaten.
Ben heel benieuwd naar de andere verhalen.
Hou je taai en wanneer jij dooorgaat volgt waarschijnlijk de rest in positieve zin.
Liefs Marielle
Post a Comment
<< Home